Zorgen om dalende vaccinatiegraad

In Nederland krijgen kinderen via het Rijksvaccinatieprogramma (RVP) vaccinaties tegen twaalf besmettelijke ziekten die ernstig kunnen verlopen. Het RVP is een collectief preventieprogramma dat de overheid sinds 1957 aanbiedt. De hoofddoelstelling van het programma is het voorkomen van ziekte, complicaties en sterfte door infectieziekten met vaccinatie.

Het RIVM begeleidt namens het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) de landelijke aansturing van het RVP en coördineert de regionale uitvoering. Het RIVM beschrijft elk jaar het percentage kinderen dat gevaccineerd is (vaccinatiegraad) en de ontwikkelingen binnen het RVP, om zo inzicht te verkrijgen in de mening van ouders over het huidige RVP en mogelijke uitbreidingen daarvan.

Binnen het RVP worden kinderen momenteel tegen de volgende infectieziekten gevaccineerd: difterie, kinkhoest (ook voor zwangere), tetanus, poliomyelitis, Haemophilus influenzae type b-ziekte, hepatitis B, bof, mazelen, rodehond, meningokokkenziekte, pneumokokkenziekte en een aanhoudende infectie met het humaan papillomavirus dat verschillende kankertypes kan veroorzaken.

De vaccinatiegraad van het RVP laat sinds rapportagejaar 2015 een dalende trend zien. Een hoge vaccinatiegraad is belangrijk om mensen tegen ernstige ziekten te kunnen blijven beschermen en om uitbraken van deze ziekten te voorkomen. Flycatcher heeft in 2022 voor het RIVM de dataverzameling uitgevoerd voor een onderzoek naar de houding van ouders tegenover vaccineren van hun (jongste) kind tot 3,5 jaar of hun (jongste) kind van 9 t/m 14 jaar.

De belangrijkste punten uit dit onderzoek:
  • In 2022 waren ouders wat negatiever over vaccineren dan de ouders in 2013.
  • Dit verklaart mogelijk waarom de vaccinatiegraad van het RVP is gedaald sinds de coronapandemie.
  • De meeste ouders zijn nog steeds positief over het RVP.
Lees hier de gepubliceerde preprint of de rapportage van het onderzoek.